Daan - Spokenjager

 

'Daan, je tijd is om!'

Daan kreunt. Nu al? Het voelt alsof hij nog maar vijf minuten aan het spelen is.

'Ik ben nog maar net begonnen!' roept hij naar mama. 'Er was eerst een update nodig.'

Mama steekt haar hoofd in zijn kamer.

'Denk je dat ik vroeger nooit met de Playstation heb gespeeld? Er is helemaal geen update geweest.'

Daan zucht. Daar gaat zijn excuus. En toch geeft hij niet op.
'Dan is het internet misschien uitgevallen? Er had een update moeten zijn. Ik heb de hele tijd gewacht.'

Mama kijkt op haar telefoon.

'Internet werkt prima bij mij.'

Nog steeds zet Daan de Playstation niet uit.

'Dan zijn we misschien gehackt.'

Mama schudt haar hoofd.

'Ik denk dat je soms wat te veel fantasie hebt. Zet nu maar gewoon dat toestel uit. Of moet ik de politie bellen voor die hackers?'

Daan legt zijn controller opzij. Met argumenten over technologie zal hij het niet redden. Zijn mama kent er zelf te veel van.

Misschien moet hij iets anders proberen. Iets waar mama niet zoveel van kent.

'Misschien is het een demoon', fluistert hij onheilspellend.

'Wat zeg je nu, Daan?'

Mama lacht nog steeds, maar het is minder overtuigend.

'Het spookt in ons huis', zegt Daan. 'Ons internet wordt verstoord door geesten.'

Op dat moment klinkt er een zacht geraas boven hun hoofd. Waarschijnlijk gewoon de verwarmingsketel, maar in mama's hoofd nu iets anders. Daan neemt zijn telefoon en stuurt een bericht naar Wally.

 

Wil langer op Playstation. Heb spokenjager nodig.

 

Hij springt op en legt zijn oor tegen de muur.

'Wat is dat gezoem? Het klinkt alsof iemand aan het lachen is.'

Mama lacht niet meer. Ze kijkt ongerust om zich heen.

'Je jaagt me de stuipen op het lijf, jongen', mompelt ze.

Daan klopt enkele keren op de deurstijl. Een hol geluid klinkt door hun huis. Mama springt even op. Ze begint door het huis te lopen, op zoek naar bewijzen die Daans theorie ontkrachten.

En dan gaat de bel. Mama vliegt zowat de lucht in. Voorzichtig zet ze de deur op een kier. Daan kan zijn lach niet inhouden wanneer hij de stem van Regi hoort.

'Spokenjagers, mevrouw. We hebben alle redenen om aan te nemen dat er hier eentje verborgen zit.'

'Waarom?' bibbert mama.

'Is uw internet onlangs verstoord geraakt?'

'Ja.'

'Zijn er updates van spelconsoles niet doorgegaan?'

'Ja.'

Regi zet een stap naar binnen. Hij heeft een apparaat bij dat allerlei piepende geluiden maakt.

'Klassiek geval van een computerspook. Een pcook zoals wij wel eens zeggen. U hebt de spelconsole toch nog niet uitgezet?'

'Ik denk het niet.'

'Niet doen! Dan geef je het pcook vrij spel. Het is heel belangrijk dat er de hele tijd gespeeld wordt.'

Mama draait zich meteen naar boven. Haar stem galmt luid door het huis.

'Daan, zet je de Playstation niet uit? En blijf vooral spelen.'

Daan glimlacht even. Dat heeft Wally prima geregeld. Voor de schijn sputtert hij nog even tegen.

'Maar ik moet nog huiswerk maken.'

'Dat kan een andere keer, jongen!' roept mama boos. 'Je gaat nu aan die computer zitten! Tot alle pcoken weg zijn.'

'Heel wijs, mevrouw', zegt Regi. 'Nog een fijne dag.'

Thibo - Stinkpapier

 

Thibo kijkt hoe alle kinderen van zijn klas met hun papier zwaaien. Hadden ze echt huiswerk? Dat is hij rats vergeten.

Wanneer de meester voor hem staat, kijkt hij zo zielig mogelijk op.

'Sorry, meester. Onze hond heeft deze ochtend kaka op mijn huistaak gedaan.'

De meester kijkt wantrouwig naar Thibo.

'Kaka op je blad? Die heb ik nog niet gehoord!'

'Ja, meester, over het hele blad. Je kon niets meer lezen.'

'Jullie hebben toch zo'n kleine hond, niet? Zoveel kaka doet die volgens mij niet!'

Thibo wenkt de meester wat dichterbij. Hij fluistert.

'Hij had witloof gegeten. Een beetje aangebrande witloof dan nog. Je wilt niet weten wat voor een smurrie dat wordt.'

De meester legt zijn armen over elkaar en zet een stap achteruit.

'Dat wil ik toch wel eens weten. Breng dat blad maar eens mee.'

Verdorie. Daar had Thibo niet op gerekend. Waar haalt hij in zo'n korte tijd een blad met hondenkaka vandaan?

 

De volgende dag heeft Thibo nog steeds niets. Zenuwachtig staat hij op de speelplaats. Zo meteen gaat de meester opnieuw naar zijn huiswerk vragen en hij heeft niets om te tonen. De zenuwen drukken op zijn blaas.

Dat brengt hem op een idee. Thibo spurt naar het toilet.

In het hokje zit Thibo met zijn hoofd tegen de deur. Is dit echt een goed idee? Uit zijn rugzak haalt hij een huistaakpapier. Zou hij echt...? Jakkes, dat kan hij niet maken.

Hij neemt zijn telefoon en stuurt een kort bericht naar Wally, waarin hij uitlegt welke leugen hij heeft verteld. Maar Wally antwoordt niet.

En dan gaat de bel.

De boze blik van de meester komt weer voor zijn ogen. Hij wil geen straf. Het moet. Hij wrijft met het papier zijn achterste schoon in plaats van met toiletpapier. Het schuurt tegen zijn billen. Hij knijpt zijn neus dicht en verlaat het hokje.

'Is dat je huistaak?' vraagt de meester.

Thibo knikt en toont het vuile blad. De meester heeft er geen schrik van, pakt het uit zijn handen en houdt het tegen zijn oog.

'Het lijkt inderdaad op hondendrollen', mompelt hij.

En dan houdt hij het blad aan zijn neus. Wat doet hij nu?

'Maar het ruikt niet naar hondendrollen. En al helemaal niet naar witloof!'

'Ik, eh...'

Thibo weet niet meer wat hij moet verzinnen. Misschien moet hij gewoon de waarheid vertellen. Dat had hij beter gisteren gedaan. Hij kan nu toch niet meer zeggen dat hij zijn achterste heeft afgeveegd met schoolpapier?

'Ik...'

Verder komt hij niet. Een loeiende sirene galmt door het schoolgebouw.

'Brandalarm!' roept de meester. 'Iedereen naar buiten!'

De kinderen uit de klas veren recht en sprinten naar de deur. De meester duwt iedereen voor zich uit. Bij de deur draait Thibo zich nog even om. Ziet hij daar nu het raam opengaan bij het bureau van de meester?

'Voortmaken, Thibo', zegt de meester. Hij sluit snel de deur achter zich.

 

Na een uurtje mogen ze hun kas weer in. Het bleek vals alarm te zijn. Gewoon een beetje rook in een van de gangen. Wanneer Thibo aan zijn stoel komt, begrijpt hij wat er aan de hand is.

Er was geen brand.

Het alarm diende alleen maar als afleiding. Op zijn lessenaar ligt zijn huistaak, nu besmeurd met een dikke bruine laag. En de geur van witloof komt hem tegemoet. Ook de meester heeft het geroken.

'Wat is dat?'

'Mijn taak, meester', glimlacht Thibo. 'Als ze eventjes blijft liggen, ruik je ze extra hard.'

De meester knijpt zijn neus toe en loopt naar het raam om het te openen.

'Het is al goed. Ik geloof je. Ga dat papier maar snel in het toilet gooien. En de volgende keer houd je je hond ver bij je huistaken vandaan!'